De chromosomen
Chromosomen bij een gezond mens Chromosomen bij het syndroom van down
Chromosomen
Eerst gaan we uitleggen wat uitleggen wat chromosomen zijn. Ons lichaam bestaat miljarden cellen. En die cellen hebben een celkern, waarin de chromosomen zitten. Ze zien eruit als een soort wenteltrapjes. Een paar treden van zo'n trapje vormen samen een gen. Combinaties van die genen bevatten erfelijke eigenschappen. In elke celkern bevinden zich normaal 46 chromosomen. In elke cel bevinden zich dan 23 paren chromosomen. Die chromosomenparen zijn genummerd van 1 tot en met 22. Het paar 23 bestaat uit de geslachtschromosomen.
Er zijn dus 22 paar lichaamschromosomen en één paar geslachtschromosomen. De lichaamschromosomen bepalen onder andere de bouw van het lichaam. De geslachtschromosomen bepalen het geslacht. Die geslachtschromosomen hebben letters: XX of XY. XX betekent vrouw en XY betekent man.
De geslachtscellen bestaan 23 chromosomen. Dit is dus anders dan bij de lichaamschromosomen die bestaan uit 46 chromosomen. Bij de bevruchting versmelten de spermacel en de eicel tot een nieuwe cel. In die nieuwe cel zitten dan 23 chromosomen van de man en 23 van de man. Samen zijn een paar en zijn er weer 46 chromosomen. De ene helft is van de man en de andere helft van de vrouw. Er kunnen bij de aanmaak van geslachtscellen fouten optreden. In de geslachtscel bevinden zich meer of minder chromosomen dan normaal. Een voorbeeld vermeerdering van chromosomen is het syndroom van down. Bij het syndroom van Down is het chromosoom 21 drie keer aanwezig. Een andere benaming voor het syndroom van Down is tri(3)somie(chromosomen)
Maak jouw eigen website met JouwWeb